Winterkoning

• Orde: zangvogels – Passeriformes;
• Familie: winterkoningen – Troglodytidae;
• Lengte: 9 – 10,5 cm;
• Spanwijdte: 17 cm;
• Biotoop: komt overal voor. Voldoende begroeiing, in de vorm van struikgewas, is wel een vereiste;
• Voedsel: kleine insecten, rupsen en spinnetjes, larven en zaden;
• Periode: gehele jaar. Vogels uit Scandinavië en het Oostzeegebied passeren ons land in de trektijd;
• Aantal broedparen: 410.000 – 630.000;

Door zijn geringe grootte heeft de winterkoning vaak meer van strenge winters te lijden dan andere soorten in lange vorstperioden is de sterfte soms groot. Na een periode van milde winters is de populatie echter wel snel op peil.
Ondanks zijn geringe grootte, onopvallende kleurtekening en verborgen levenswijze is zijn aanwezigheid niet moeilijk vast te stellen, zeker niet in de lente, wanneer de winterkoning volop zingt. Zijn zang is dan droogdringend en krachtig. De winterkoning wordt beschouwt als de vogel die, zijn lichaamsgewicht in ogenschouw genomen, het grootste volume kan produceren.
Het verborgen bestaan van de winterkoning, in de struiken (bramen) laag bij de grond, maakt het niet eenvoudig de vogel op golfbaan Anderstein waar te nemen. Maar zijn zang verraadt de aanwezigheid en met enig speurwerk valt de vogel ook wel te spotten. Bijvoorbeeld in de bossen naast de tee-box van hole Heide-3.