Biotoop: alle biotopen, met uitzondering van naaldbossen en kwelders, maar talrijker in voedselrijke natte omgeving. Beschutte plaatsen;
Planten: allerlei kruidachtige;
Voorkomen: zeer algemeen;
Algemeen: beide seksen vliegen laag door open vegetatie of laag struweel. Mannetjes vertonen een typisch territorium- en baltsgedrag: ze vliegen met de kop schuin omlaag naar het vrouwtje gericht op de bloemen waar vrouwtjes op zitten. In deze houding vliegen ze ook achter andere mannetjes aan, waarbij geen sprake is van een agressief gedrag. Ook volgt het mannetje vaak een vrouwtje in de vlucht. Aan het opvallende vlieggedrag dankt de soort zijn Nederlandse naam (menuet= Franse dans). De larven leven in uiteenlopend rottend organisch materiaal, zoals plantenstengels, composthopen, etc., maar niet in rottend hout.