Spreeuw

Spreeuw - Sturnus vulgaris

• Orde: zangvogels – Passeriformes;
• Familie: spreeuwen – Sturnidae;
• Lengte: 19 – 22 cm;
• Spanwijdte: 37 – 42 cm;
• Biotoop: komt overal voor, in dorpen en steden. Echte graslandvogel;
• Voedsel: alleseters, maar voornamelijk insecten en insectenlarven. Bessen en fruit;
• Periode: gehele jaar. Een deel van de spreeuwen trekt weg richting België en Noordwest-Frankrijk. Uit noordelijke en oostelijke streken van Europa trekken groot aantal spreeuwen naar Nederland;
• Aantal broedparen: 400.000 – 700.000;
De spreeuw komt in grote getalen voor. De vogels foerageren soms in enorme zwermen en kunnen dan grote schade aan landbouwgewassen aanrichten. Aan de andere kant eten ze ook veel schadelijke insecten, zoals emelten, ritnaalden, rupsen, kevers, enz. Op de golfbaan Anderstein krijgen de spreeuwen liefdevolle aandacht, in de vorm van vele nestkasten. Ze leveren een nuttige bijdrage in de biologische bestrijding van emelten in de grasmat. Hiermee beconcurreren de spreeuwen de dassen, die de emelten ook beschouwen als een lekkernij. Echter bij de vangst van emelten richten de dassen een flinke ravage aan op de golfbaan.
Het aantal spreeuwen in ons land neemt momenteel drastisch af. De oorzaken hiervan worden gezocht in de intensivering van de landbouw (verdroging) en het verdwijnen van geschikte nestplaatsen in het stedelijk gebied.