Fitis - Phylloscopus trochilus
• Orde: zangvogel – Passeriformes;
• Familie: zangers – Sylviidae;
• Lengte: 11 – 12,5 cm;
• Spanwijdte : 21 cm;
• Biotoop: droge tot vochtige halfopen landschappen, zoals heide, bos en agrarisch gebied met voldoende struweel;
• Voedsel: insecten, hun eieren en larven, en plantmateriaal;
• Periode: vanaf maart / eind mei (paar weken later dan tjiftjaf) tot eind juli / september. Overwinteren in West- Afrika ten zuiden van Sahel;
• Aantal broedparen: 130.000 – 220.000;
De Fitis lijkt qua uiterlijk erg op de Tjiftjaf. De oplettende vogelaar heeft kans de Fitis waar te nemen op hole Heuvelrug-7 bij de afslag. De vogel blijft echter moeilijk waarneembaar in het struweel. In ieder geval valt de zang van de Fitis goed op. De Fitis heeft een melodieuze, vloeiende en aflopende zang, terwijl de zang van de Tjiftjaf bestaat uit het herhaaldelijk roepen van zijn naam. Verder valt bij de Fitis een lichte wenkbrauwstreep en een geelwitte keel en borst op. De Fitis heeft bruinroze poten, in tegenstelling tot de Tjiftjaf die donkere pootjes heeft.