Grijze zandbij - Andrena vaga
• Orde: vliesvleugeligen – Hymenoptera;
• Onderorde: bij-achtigen – Apocrita;
• Familie: Andrenidae
• Onderfamilie: Andreninae;
• Geslacht: Andrena;
• Lengte: vrouwtje 13 – 15 mm, mannetje 11 – 14 mm;
• Activiteit: maart – mei, hoofdvliegtijd: medio april;
• Nest: ondergronds;
• Biotoop: allerlei open tot tamelijk gesloten zandige bodems (zandverstuivingen, wegbermen, zandgroeven, etc.);
• Planten: geheel afhankelijk van wilgensoorten;
• Voorkomen: vooral op de binnenlandse zandgronden, elders zeldzaam. De grijze zandbij kan op een enkele plek op Golfbaan Anderstein worden waargenomen, maar vooral bij de green van hole Heide-6;
• Algemeen: de grijze zandbij verzamelt alleen stuifmeel op wilgen, die wel binnen een straal van 250 meter vanaf het nest moeten staan. De nestgang gaat soms wel 50 cm loodrecht naar beneden en vertakt zich in meerdere zijgangen met aan het eind een broedcel. De larve spint zich in het voorjaar nog in, verpopt in de zomer en overwintert als volwassen bij in haar cocon. De roodharige wespbij is de nestparasiet, die continue rondzwerft bij de nesten van de grijze zandbij. De grijze zandbij heeft vaak een parasiet op zijn lichaam: het zandbijwaaiertje (Stylops melittae). Dit insect leeft verscholen tussen de segmenten van het achterlijf en zorgt ervoor dat de mannetjes versuft rondlopen.